“Hardenberg krijgt moedermavo”, stond vrijdag 13 mei 1977 in Het Noord-Oosten. Met als chapeau: Aantal belangstellenden misschien zorgbarend.
De moedermavo werd ingevoerd door Jos van Kemenade, minister van onderwijs en wetenschappen in het kabinet Den Uyl (1973-1977). Er waren in die tijd nog heel wat vrouwen die – toen zij tiener waren – geen verder onderwijs na de lagere school hadden gevolgd, of dit hadden afgebroken en daar op latere leeftijd spijt van hadden kregen. Vrouwen in Middenmeer riepen zo hard en duidelijk om een tweede kans, dat Ton Remmers, directeur van de plaatselijke Ariënsmavo, zich inzette voor een moedermavo. In 1975 gingen de eerste vrouwen weer terug naar de schoolbankjes.
Het bleek een succesformule. In de jaren tachtig ploeterden in Nederland maar liefst 100.000 vrouwen op de examenstof. De lessen werden gegeven tijdens de schooltijden van de kinderen. Er kwamen zelfs crèches voor de allerkleinsten, zodat moeder rustig naar school kon. Ook in Hardenberg. Tussen de afwas en de strijk door werd het huiswerk gemaakt.
Schot in de roos
De angst van de Hardenberger journalist dat er misschien niet genoeg belangstelling zou zijn was onterecht. Een maand later kon al gemeld worden dat er twintig aanmeldingen waren, uit Hardenberg, Slagharen, Lutten, Bruchterveld, Gramsbergen en Bergentheim. De jongste was 25 jaar, de oudste 69. Die oudere dame had zich opgegeven voor het diploma mavo-4. Deze opleiding duurde drie jaar, omdat alleen les werd gegeven in de zes examenvakken, maar je kon er ook voor kiezen om minder lessen per week te volgen, 12 van 45 minuten. In dat geval duurde de opleiding zes jaar.
De moedermavo in Hardenberg was onderdeel van de avondschool Almelo/Hardenberg. In Almelo werd opgeleid voor mavo- en meao-diploma’s. In Hardenberg werden daarnaast ook cursussen boekhouden, Engels, Duits en Frans gegeven. Frans was misschien niet meteen voor de hand liggend, maar de adjunct-directeur van de moedermavo was Dick Huyser, leraar Frans aan mavo Vechtstede aan de Gramsbergerweg. Vandaar.
De start
De start van het schooljaar, op woensdag 14 september, was in gebouw De Schakel bij de Höftekerk. Volgens de journalist van Het Noord-Oosten waren er meteen al acht spijbelaars: er hadden zich 28 leerlingen opgegeven, maar er waren 20 aanwezig. Directeur Hoekstra van de Avondscholengemeenschap in Almelo vertelde in zijn openingstoespraak dat de ervaring had geleerd dat het niet alleen ging om overdracht van kennis, maar ook om zelfvertrouwen.
“Voor de moeders is dit onderwijs een avontuur. U wordt geconfronteerd met het gebeuren om u heen, u gaat op een andere manier naar de radio en de televisie luisteren en kijken. Programma’s waar u vroeger nooit naar keek worden nu interessant”, vertelde hij.
Wethouder Berenst was bij de start aanwezig als vertegenwoordiger van het gemeentebestuur. Hij vond het geweldig dat er zo goed gereageerd was op signalen uit de bevolking. “Het is in feite spontaan uit de bevolking gekomen. Dan kan en mag de overheid niets anders doen dan medewerking verlenen”, zei hij. Dat deed de gemeente ook, door subsidie te geven voor het opstarten van de moedermavo.
Vanaf 1997 valt het volwassenenonderwijs, dus ook de moedermavo’s, onder de ROC’s (Regionale Opleidingencentra), een bundeling van opleidingen voor middelbaar beroepsonderwijs en educatie voor volwassenen. In deze megascholen ligt de nadruk steeds meer op beroepsonderwijs voor jongvolwassenen en minder op zelfontplooiing voor ouderen.
Foto: Ina Bouwhuis-Stoeten, haar dochtertje Alina en leraar Dick Huyser.